Mijn levensmotto: altijd optimistisch zijn!

door | apr 29, 2019 | Doorwerkverhalen | 0 Reacties

Net boven Alkmaar heb ik op de camping afgesproken met Walter de Rooij (69 jaar), telemarketeer bij Het Customer Care Center. Als ik aan kom lopen zit Walter al lekker op het terras voor zijn huisje te genieten van het zonnetje. “Het is heerlijk hier”, zegt hij. Ik ben het helemaal met hem eens en we besluiten buiten te blijven zitten. Walter biedt me direct een kopje thee aan en loopt zijn perfect bijgehouden tuin in om wat verse munt af te knippen voor in de thee. Als hij me vertelt dat hij jaren in de horeca heeft gewerkt valt het gastvrije ontvangst en de verse muntthee direct op zijn plek.

Walter vertelt me dat hij in Alkmaar is geboren en de eerste 35 jaar van zijn leven in Egmond aan zee heeft gewoond. Na zijn middelbare school afgemaakt te hebben bedacht hij schilder te worden. “Dat heb ik maar één winter volgehouden, toen had ik er al genoeg van!” In de zomer die volgde ging Walter werken in een strandpaviljoen in Egmond aan Zee en dat beviel hem beter, zo is hij de horeca in gerold. Na de strandpaviljoen volgden er diverse restaurants en hotels, een eigen zaak in het centrum van Alkmaar en daarna een sabbatical in India.

“Dat was meteen ouwe jongens krentenbrood.
Daar heb ik gewerkt tot aan mijn pensionering”

 

Weer terug in Nederland werkte Walter in het restaurant van een nonnenklooster met 100 zusters. Als hij mij verbaasd ziet kijken over zijn stap naar een nonnenklooster zegt hij lachend: “Niks soberheid hoor! ‘s Ochtends verzorgde we het ontbijt, ‘s middags warm eten en een nagerecht. En ze hadden altijd keuze tussen twee hoofd- en nagerechten”. Later liep hij per toeval een oude vriend tegen het lijf die inmiddels directeur was van een verzorgingshotel in Alkmaar. Hij vroeg Walter om voor hem te komen werken. “Dat was meteen ouwe jongens krentenbrood. Daar heb ik gewerkt tot aan mijn pensionering.”

Af en toe komt er een campinggast langslopen, ze groeten allemaal. Zo is Walter en zo gaat dat op de camping.

Na een letterlijk en figuurlijk veelbewogen leven vindt Walter het fantastisch dat hij door kan blijven werken. “Wat moet je anders de hele dag doen? Op dit moment werk ik vier ochtenden want het is mooi weer, dan heb ik altijd wel wat te doen. Beetje grasmaaien en schoffelen. Van de winter ga ik weer 3 hele dagen werken.” En vanaf donderdagmiddag tot maandagmorgen zorgt Walter voor zijn twee kinderen. “Een tweeling, een jongen en een meisje van 5 jaar”, vertelt hij trots. “Dat houd je ook jong hoor, die kindertjes. Geweldig stel!”

“Als het contact er eenmaal is,
dan kom je een heel eind”

 

Als ik Walter vraag naar zijn levensmotto zegt hij vol overtuiging: “Altijd optimistisch zijn! Je moet er wat van maken. Vanuit mijn ervaring in de horeca ga ik heel makkelijk om met mensen. Je voelt heel snel aan wat iemand wel of niet wil. Dat is makkelijk zat! Daar heb ik nu ook profijt van in mijn werk als telemarketeer. Je probeert zo goed mogelijk contact te krijgen met de mensen. En als het contact er eenmaal is, dan kom je een heel eind.”

Service verlenen is ook een rode draad in Walters hele loopbaan. “Nu aan de telefoon geef ik eigenlijk ook service. Ik bel nu zo’n 1,5 jaar voor de Nierstichting. We proberen echt in gesprek te komen en de mensen erbij te betrekken. Wij informeren ze bijvoorbeeld op het gebied van zout en medicijnen. Dan is het vaak even stil aan de andere kant van de lijn en heb je toch de interesse gewekt. Niet dat ze meteen donateur worden, zo werkt dat niet meer tegenwoordig. Daar is het de tijd niet meer naar. Maar wat we proberen is dat de mensen altijd met een positief gevoel de telefoon weer neerleggen. Je moet het gewoon leuk vinden om met iemand aan de telefoon te zitten en iets voor mekaar te krijgen. Dat is het leuke van dit vak!”

“Ik denk dat er veel mensen onwetend zijn
over wat het inhoud om door te werken”

 

Met de tsunami werden er vrijwilligers gevraagd voor giro 555. Dat wilde Walter ook nog wel een avondje doen. “De eerste beller, direct € 100,-, pats! Dat was leuk!” Ik vraag Walter waar het aan ligt dat hij wel wil en kan doorwerken en iemand anders niet. Daar is hij heel duidelijk in. “Ik denk dat er veel mensen onwetend zijn over wat het inhoud om door te werken. En dat veel mensen bang zijn om door te werken voor de belastingplicht en zo. Dat vermoeden heb ik. Het is ook een kwestie van durven, hè! Je kan wel thuis blijven zitten, maar dan is het ook gauw gebeurd.”

Als ik Walter vraag of ik een foto van hem mag maken voor bij het artikel stelt hij zelf voor om bij zijn tuinkabouters te gaan zitten. Wat een goed idee! Ik sta op om weer te gaan en Walter vraagt me of de muntthee gesmaakt heeft en of ik misschien een paar takjes mee wil nemen. Dit typeert Walter, een optimistische gastheer waarbij ‘service’ zijn natuur is. En zoals hij zelf zegt: “Wat je leuk vindt, dat ga je gewoon doen.”